De Alfa MiTo, MiTo staat voor Milano Torino. De 2 grootste steden waar Alfa z’n fabrieken heeft staan. Alfa Romeo voor Milaan en Fiat voor Turijn. Wij hadden persoonlijk “Junior” een leukere naam gevonden zeker gezien de positie van de MiTo in het modellen gamma. Bovendien stond Junior altijd voor de kleinste gemotoriseerde Alfa.

De MiTo is de nieuwe kleine Alfa. Zoals de Alfa Sud dat was in 1973 en later de 33 in 1984. Vervolgens kwam de 145, die de eerste aanzet was tot het ontgroeien van het fenomeen echt compacte Alfa. Met de komst van de 147 was het gedaan met het echt compact zijn.
Met de MiTo QV heeft men een oude traditie in ere herstelt. De letters “QV” werden van oudsher gebruikt om de snelste versie aan te duiden. QV staat voor Quadrifolgio Verde wat zoveel betekent als “groen klavertje vier”. Het logo prijkte al in begin jaren 30 op de Grand Prix auto’s van Alfa Romeo.

Bij de introductie van de MiTo had men een beetje pech. Dat wil zeggen de “groene golf” van kleine compacte auto’s met een A- of B-label kwam als een tsunami over ons heen. Alfa had daar niet gelijk een antwoord op, maar men was er wel heel druk mee bezig. Fiat Powertrain Technologies was al jaren bezig met een zeer innovatieve revolutie op het gebied van motoren techniek waarmee men in de basis een lage CO2 uitstoot kan bereiken. En niet zoals concurrenten deden met allerhande trucjes. MultiAir, zoals FPT het noemde, betekent een vrijwel volledig controle van de binnenstromende lucht in de motor. Via een ingenieus maar simpele aansturing van plunjers is men in staat om binnen het mechanische profiel van de nokkenas iedere gewenste opening en sluiting met bijbehorende kleplift te realiseren. Op deze manier bereikt men een lager brandstofverbruik dus een lagere CO2 uitstoot, meer koppel en vermogen bij volgas, een levendiger motorkarakteristiek en een motor welke gemakkelijk start. Niet onbelangrijk bij de toepassing van een Start/Stop systeem. Kortom, alleen plus punten.

Wat betekent deze ontwikkeling voor ons? Ten eerste koos men voor een andere fabrikant van het injectiesysteem. Dit was bij de voorgaande generaties eigenlijk zonder uitzondering Bosch. Nu had blijkbaar Magnetti Marelli de beste papieren in handen. Mogelijk dat mee heeft gespeeld dat Magnetti Marelli ook eigendom van Fiat is zodat alles binnenskamers kon blijven. Voor ons was dat niet handig. Als je al jaar en dag met Bosch systemen werkt ken je intussen de klappen van de zweep. We moesten ons dus geheel opnieuw inleven in de software.

Maar eigenlijk nog belangrijker, we hadden te maken met een hele nieuwe vorm van motorentechniek. Door het bestuderen van zoveel mogelijk informatie over het MultiAir systeem konden we ons focussen op waar er winst te boeken zou zijn. De diagnose apparatuur (de Examiner) was daar een onmisbaar instrument bij. Daar worden de parameters weergegeven waar het allemaal om draait. Daarnaast was het ook erg handig om meerdere software versies met elkaar te vergelijken. Aangezien we deel hebben mogen uitmaken van de ontwikkeling van het communicatieprotocol van de MultiAir inspuitcomputer zaten we als het ware eerste rang.

Wat heeft het gebracht? Behoorlijk wat! Maar eerst moeten we helaas melden dat de beloofde 170 pk niet gehaald wordt. Waarschijnlijk is dit een stukje marketing politiek om de QV net even iets hoger te schalen dan z’n directe concurrent de Abarth Punto Evo. Deze staat voor 165 pk in de lijst welke al heel veel beter overeenkomt met de werkelijkheid. De afstelling met betrekking tot het motormanagement van beide auto is namelijk eender. Daarentegen zijn er ook veel overeenkomsten met de Giulietta 1.4 16v MultiAir waarbij wel de beloofde fabrieksopgave van 170 pk wordt gehaald. Maar deze is standaard voorzien van een veel ruimer bemeten luchtinlaatsysteem wat dus een voordeel oplevert voor het vermogen.

Kortom, bij 163 pk hield het echt even op voor de MiTo QV. Maar het beloofde koppel werd wel ruimschoots gehaald. 248 Nm in de Normal stand en 260 Nm in de Dynamic stand. Men beloofd resp. 230 en 250 Nm. Na tuning levert de QV 178 pk en 292 Nm. Maar zoals gezegd is er een bonus mogelijk in de vorm van een ruimer bemeten inlaatsysteem en dan met name in de vorm van een luchtfilter welke meer lucht kan doorlaten. Er kan dan 5 pk extra gehaald worden wat de vermogensmeter doet stoppen bij 183 pk. Bij toepassing van een open filter wordt men tevens getrakteerd op een veel spectaculairder aanzuiggeluid van de motor.